wintervisserij

Al enkele jaren volgen we met enige jaloezie berichten uit Nederland, en met name de berichten over de voornvisserij in de winter. Vooral in de havens rond het IJsselmeer trekt er witvis (gevolgd door de rovers) soms massaal naar de aldaar aanwezige havens toe. In de havens is het water een paar graden warmer, en bovendien vindt de vis er beschutting onder de vorm van steigers en boten. Spijtig genoeg vinden we in Vlaanderen geen vergelijkbare omstandigheden.

Dankzij de verbeterende waterkwaliteit hebben we in Vlaanderen gelukkig wel al enkele stads-wateren die, net zoals de Nederlandse haventjes, in de winter beschutting en een hogere watertemperatuur bieden aan de vis. Streetfishing op (kleine) roofvis is op dergelijke waters in de voorbije jaren sterk in de belangstelling gekomen. Het zijn dergelijke wateren waarop we ons deze winter gericht hebben voor het vliegvissen op voorn.

Nog meer dan in de zomer is de eerste voorwaarde voor een succesvolle voornvisserij het vinden van de vis. Wanneer we op een stek aankomen, en je hebt binnen de eerste 5 minuten geen beet of vangt er geen vis, dan moet je verkassen. Vissen verraden hun aanwezigheid vaak door kringen op het water.

Qua hengel gebruiken we een soepele hengel in de lijnklasse 3 tot 5. Voorn is geen forel, maar een soepele hengel in een lichte lijnklasse levert toch een leuke dril op. Op stadswateren zal je meestal nooit ver moeten casten. Een drijvende WF lijn kan, maar om mooie rolworpen te maken kan een DT lijn een voordeel bieden. Wij vissen met een 8'6 hengel, maar een 9 of 10 voet kan evengoed.

Zoals reeds aangehaald volstaat vaak een rolworp om je nimfen weg te zetten. Om de leader goed te kunnen strekken hebben we ondervonden dat een tapse leader voordelen biedt. Een zelfgeknoopte leader gaande van 30/00 tot een puntje 12/00 tot 10/00 is eenvoudig op voorhand thuis te maken. Een leader volledig opgebouwd uit nylon is de basisversie. Een optie is het gebruik van een fluorocarbon punt. Dit kan met name bij moeilijke vis succes opleveren. Wees je er wel van bewust dat bij gebruik van een dunne punt het soms wel eens nodig kan zijn om je schepnet te gebruiken als je een deftige vis wil landen.

Vliegvissen op voorn met nimfen vereist het gebruik van een beetverklikker. Het is een beetje zoeken naar wat voor jou een goede maat (dit is afhankelijk van de gebruikte vliegen) of de goede kleur (fluo rood, fluo geel, wit, ...) is. Wij gebruiken beetverklikkers van foam of van balsa hout.

Tot slot de nimfen. Wij vissen meestal met twee nimfen op ca. 50 - 100 cm uit elkaar. Het zijn in de winter meestal verzwaarde nimfjes (goudkoppen) in de maten 14-16. De Red Tag is een klassieker die het nog altijd doet, maar andere goeie kleuren zijn oranje/zwart, groen/zwart en rood.

Met wat geluk vang je dubbele cijfers aan voorns, met tussenin soms een brasem, blei, winde of baars.

Veel succes!
Steven, Willy en Erwin

Terug naar overzicht...